2 juni 2006
Dat was schrikken :-o toen ik vanochtend om 6.00 uur naar de sportschool ging. Het regende. Er is wel 3 mm gevallen. Lang niet genoeg maar ’t is in ieder geval iets. Toen ik om 7.15 uur weer terugreed naar huis, was het al weer droog. De rest van de dag was het weer zonnig als vanouds.
4 juni 2006
Hé, het is Pinksteren. Doen ze hier in Oz blijkbaar niet aan. Ik heb vanochtend gewoon gewerkt en morgen werk ik weer. Vanmiddag hebben we weer een verkenningsrondje gemaakt met de auto :drive:. Eerst weer naar Myrtleford gereden. Prachtige weg er naar toe overigens. Zou in die omgeving best willen wonen. Heerlijk rustig en heuvels en bergen alom. Van Myrtleford ging het via Lake Buffalo langs de westkant van Mount Buffalo National Park naar Dandongadale. Vanaf daar via een gravelroad naar Whitfield gereden waar we een fles water en een lekker ijsje :donttell: hebben gekocht. Via allerlei binnendoorwegen (Truus het navigatiesysteem raakte er helemaal van in de war) zijn we uiteindelijk in Benalla terechtgekomen. In Benalla is afgelopen week een treinongeluk gebeurd. De locomotief was van de rails gelopen en de daarachter hangende wagons deden toen maar hetzelfde. Een ravage van hier tot Tokio (maar dan in Benalla); het gaat ongeveer een week duren voordat ze alle rotzooi weer hebben opgeruimd. Benalla is wel een lief dorpje maar de omgeving vind ik te vlak om er in de toekomst een huis te willen hebben.
Van Benalla ging de rit verder naar Wangaratta. Dat is ook wel een mooie plaats met minder inwoners dan Albury maar wel veel uitgestrekter. Ook wel een leuke plek om te wonen maar de omgeving van Albury is toch mooier. Ik vind dat ik het niet slecht heb gedaan met het uitkiezen van een woonplaats, afgelopen november.
Na ons rondritje zijn we heerlijk uit eten geweest in de SS & A club waar nu lid van zijn.
5 juni 2006
’t Was weer heerlijk weer vandaag en dus een mooi moment ’s middags in mijn eentje naar Beechworth te gaan om dat dorpje eens wat beter te bekijken. Beechworth is een dorp dat in 1852 is gebouwd ten tijde van de goudkoorts. Het was de centrale plaats tussen de goudmijnen in de Ovens Valley. Het dorp groeide gestaag maar toen de Gold Rush over was, stroomde het dorp weer leeg. Het huidige dorp heeft nog zo’n 3.000 inwoners. Er zijn wel leuke gebouwen overgebleven uit de tijd van de goudkoorts, zoals o.a. het Burke Museum, het telegraaf station en het gerechtsgebouw. In dit gerechtsgebouw is Ned Kelly voor het eerst berecht. Het gerechtsgebouw is in de periode 1858 - 1864 gebouwd met honingkleurig graniet en kostte toen 3.730 pond. Het was het centrale gerechtsgebouw ten tijde van de goudkoorts. Het gebouw is na 131 jaar dienst te hebben gedaan in 1989 gesloten (blijkbaar geen criminelen meer in de omgeving).
Tijdens mijn dwalingen door Beechworth ging ik ook eens een kijkje nemen in het leuke snoepwinkeltje dat ik al vaak op tv had gezien in het reclameblok. Echt een heel leuk winkeltje (ze verkopen ook Nederlandse dropjes :-D), oude stijl met de schappen uit de beginjaren van Beechworth. Alle winkels in het dorp hebben overigens nog de charme van de goudkoortsjaren. De oude gebouwen zijn goed bewaard gebleven en het is een genot er in rond te zwerven.
10 juni 2006
Jeroen en ik besloten om 11.00 uur dat we eigenlijk wel weg wilden voor een paar dagen (één nachtje) dus pakten we de nodige spullen bij elkaar en zijn op pad gegaan met als eindbestemming Lake Eildon. Over binnendoor- en gravelwegen door de bergen zijn we eerst naar Mansfield gereden. Vanuit Mansfield heb je uitzicht op Mount Buller en we zagen sneeuw op de top van de berg. Dat is maar goed ook want het skiseizoen :freezing: begint dit weekend. Mansfield zelf is niet echt bijzonder, vind ik. Aan de oostkant van Lake Eildon zag ik op de kaart een paar leuke kleine dorpjes aan het water dus reden we daar maar naar toe. Leuk toch, overnachten aan het water? Eenmaal in die dorpjes was er echter geen water te bekennen. Het meer stond op die plekken droog en er liepen koeien te grazen. Jammer, nou ja, rijden we een stukje verder (lees 61 km). Vele haarspeldbochten en bergen verder bereikten we na 1,5 uur Eildon. Wat een schitterend dorpje (ca. 700 inwoners) aan het meer. Er werd volop gevist :fishing2: en het was er heerlijk rustig. Hier maar eens een plekje zoeken om te overnachten. Blijkbaar waren wij niet de enigen die besloten een weekendje weg te gaan. Alles in Eildon was volgeboekt. Tja, wat nu. Ach, we zijn maar een paar honderd kilometer van huis dus we besloten maar weer gewoon terug te rijden naar Albury.
11 juni 2006
Toen ik om 7.00 uur bij het krieken van de dag mijn ochtendwandeling ging maken zag ik vanaf de heuvels de regenwolken naar de kust trekken. Hier in Albury scheen het zonnetje weer volop dus weer een mooie dag om er op uit te trekken. Dit keer gingen we naar Lake Dartmouth, zo’n 120 km in zuidoostelijke richting. Uiteraard gingen we niet via de gebruikelijke route daar naartoe maar over allerlei binnendoorwegen. Vanaf Talangatta gaat er een verharde weg naar Yabba die daarna overgaat in een gravelroad tot aan Dartmouth. De weg leidt door een breed dal met uitgestrekte groene weiden waarop koeien grazen. We moesten regelmatig stoppen omdat de koeien op de weg liggen; dat blijft leuk. Aan het eind van de ca. 50 km gravelroad stonden een paar huizen waar we zo zouden willen wonen. Wat fantastisch mooi is het hier tussen de bergen. In Dartmouth hebben we iets gegeten en daarna zijn we naar het meer gereden. Dit stuwmeer is nog goed vol (65%). Als het helemaal gevuld is, zit er 4.000.000 megaliter water in. Dat drink je niet op in 1 dag.
Dichtbij het meer zagen we een weggetje dat naar de top van Mount Benambra (1.476 m), 16 km verderop, leidt. Een heel smal weggetje waar je maar beter niet zonder 4-WD op kunt gaan rijden. Sommige stukken waren voor mijn, met mijn hoogtevrees, niet echt aangenaam maar ik heb het allemaal weer overleefd want anders had ik dit niet kunnen schrijven. Het uitzicht vanaf het weggetje was wel heel erg mooi. In de verte zagen we de besneeuwde top van Mount Bogong (1.986 m). Prachtig. Toen we zelf bijna boven op Mount Benambra waren, reden we door de sneeuw en er zat ijs op de boomtakken. Wat een mooie wereld hier. Koud maar fantastisch. Vanaf de top hadden we een mooi uitzicht op Lake Dartmouth en op de sneeuwtoppen van het skigebied.
Vanaf Dartmouth zijn we naar Eskdale gereden om via een gravelroad naar de Kiewa Valley Highway te rijden. De gravelroad was niet zoals de gravelroads die we tot nu toe hadden gereden. Het was eigenlijk meer een heel hobbelig, smal karrespoor maar, avonturiers als we zijn, besloten het spoor maar gewoon te volgen. Leuk hoor. Alleen jammer dat op de kaart die we bij ons hebben niet alle sporen staan vermeld. We zijn een beetje aan het dwalen geslagen en hebben onderweg wel wat spannende momenten beleefd. Op een bepaald punt werd het pad erg steil en erg rotsig. De banden van de 4-WD gierden op de rotsen en we roken rubber (ik dacht: ‘brandend rubber, als dat maar geen scheurend rubber wordt’)
ops!:. We kwamen de bult niet op. Keren was geen optie omdat de weg heeeeeeeel smal was dus we moesten omhoog. Gelukkig heb ik een goede chauffeur
die het uiteindelijk toch gelukt is het rotsige stuk over te rijden. Hij moest nog wel even kijken waarom het zo glad was. Oorzaak: ijs op de rotsen. De weg bleef maar omhoog gaan en we moesten naar beneden. Er leek geen eind aan de klim te komen. Niet echt leuk als het over 3 kwartier donker is en je geen idee hebt waar je zit. Uiteindelijk zijn we met de hulp van Truus (die vaker de weg NIET weet dan wel) toch weer op de Kiewa Valley Highway beland die ons weer naar Albury leidde.
Wordt vervolgd.
Groetjes,
Erna en Jeroen